In dit deel willen wij kijken naar de openingen, tenminste één opening, waardoor satan een ingang kan krijgen in ons leven. U weet dat de duivel erop uit is om ons te vernietigen en wanneer wij hem, op welk terrein dan ook, de geringste mogelijkheid in ons leven hiertoe geven, zal hij ook veel andere terreinen overnemen. Wij moeten dus voorzichtig zijn.
Laten wij de Bijbel openen in 2 Korintiërs 2:11. Ik wil u graag een beetje achtergrond geven over wat wij gaan lezen, zodat wij het vers beter begrijpen. Toen Paulus de eerste brief aan de christenen in Korinthe schreef, had hij gehoord dat er enkele ernstige zonden plaats vonden in die gemeente, dat er niet berispt werd en een specifieke man, die in die zonde leefde, niet getuchtigd werd. Dus schreef Paulus hierover aan de Korintiërs (in 1 Korintiërs 5) en vertelde hen dat de zonde die deze man pleegde zo ernstig was dat het noodzakelijk was dat hij uit de gemeente verwijderd moest worden. Ja, het klopt dat sommige zonden het noodzakelijk maken dat de betreffende persoon zo zwaar getuchtigd moet worden dat hij uit de gemeente gezet of geëxcommuniceerd moet worden. Dat mag dan hard lijken, maar het doel hiermee is dat zijn ziel behouden blijft, en in dit geval werd zijn ziel dan ook gered. Iets later, misschien na ongeveer één jaar, toen Paulus de tweede brief aan de Korintiërs schreef, kunnen wij zien dat de man zich bekeerd had van zijn zonde (2 Korintiërs 2:5-7).
Toen hij uit de gemeente verwijderd was realiseerde hij zich de ernst van zijn zonde. Hij merkte hoe erg het was om in de duisternis te zijn zonder gemeenschap en dat zette hem ertoe aan om zich te bekeren. Zo lang hij in de gemeente was en het brood brak, realiseerde hij zich de ernst van zijn zonde op geen enkele wijze. Sommige mensen worden zich pas bewust van de ernst van hun zonden wanneer zij uit de gemeente verwijderd worden. Zo verging het ook deze man. Wat er in de gemeente in Korinthe ook gebeurde was dat sommigen van de gelovigen en misschien zelfs oudsten, extreem de andere kant op gingen. Eerst gingen zij tot in het extreme de ene kant op waarbij zonden getolereerd werden en zij eerste klas compromitterend waren. En nu gingen zij extreem de andere kant op waarbij zij zelf- rechtvaardigende farizeeërs werden. Zij wilden deze man niet in de gemeente accepteren, zelfs niet nadat hij berouw toonde, zich bekeerd had, dingen recht gezet had, zijn zonde achter zich had gelaten en ieder bewijs van zijn bekering had geleverd. Zij wilden hem echter nog steeds niet in de gemeente accepteren.
Paulus moest hen dus nogmaals schrijven en zegt in 2 Korintiërs 2:10: " Degene wie u nu iets vergeeft, die vergeef ik ook; want ook ik heb, als ik al iets te vergeven heb, het hem vergeven omwille van u, voor het aangezicht van Christus ". Dus zegt Paulus dat deze man al voldoende gestraft is: "Voor zo iemand is die straf, die door velen is opgelegd, genoeg geweest" ( 2 Korintiërs 2:6). Wat was de straf voor die man? De straf was dat de overige gelovigen in de gemeente geen omgang meer met hem hadden. Hij had dit een jaar lang meegemaakt. Wat zou u in een dergelijk geval doen? Zou u hem vergeven, troosten en bemoedigen, zodat hij niet overmand zal worden door een nog groter verdriet. Dus zegt Paulus: 'Vergeef hem en neem hem weer op omdat hij oprecht berouw heeft laten zien. Vergeef hem nu hij berouw heeft getoond, ondanks dat hij de gemeente in het verleden een slechte naam bezorgd heeft'. Dan spreekt Paulus de volgende woorden in vers 11: " Anders zou satan wel eens voordeel op ons kunnen behalen; wij kennen zijn streken maar al te goed ".
Wat kunnen wij hieruit opmaken? Wij zien hierin dat wanneer u iemand niet vergeeft, satan daar zijn voordeel mee kan doen. Dat is de boodschap die wij uit deze Bijbelpassage krijgen. Paulus zegt bij wijze van spreken ook nog: "Wij kennen zijn streken maar al te goed, laat mij er bij u dan ook op aandringen, zodat satan er geen voordeel uit zal halen". Wij moeten opmerkzamer zijn voor satan als misleider dan dat wij angst voor hem moeten hebben als aanklager. Satan zal proberen om ons aan te klagen, maar dat zal ons minder kwaad doen dan dat hij ons probeert te misleiden. Satan is erg spitsvondig en zeer slim. Hij zal uw hart onderzoeken en er voor willen zorgen dat datgene wat er zich in uw hart afspeelt daar blijft, zodat hij het op een bepaald moment kan gebruiken. In dit geval een onvergevende bittere houding ten opzichte van iemand anders, zodat hij u uiteindelijk ten gronde kan richten. Dit zit veel dieper geworteld dan wij ons kunnen voorstellen. De Bijbel spreekt in Hebreeën 12:15 over een wortel van bitterheid die problemen kan veroorzaken. U hoeft niet eens te wachten tot er een vrucht ontstaat. U weet wat een wortel is. Wanneer een boom als wortel begint, dan komt het nog niet eens boven de grond uit. Er is nog niets zichtbaar. Wanneer u een zaadje in de grond poot, dan ontstaat er eerst een wortel voordat er een boom of plant ontstaat.
Bitterheid is zo'n zaadje. U zaaide iets in uw hart en het is begonnen om een wortel te schieten. Wanneer u deze er niet uittrekt, dan ontstaat er een boom en zal veel problemen veroorzaken. Niet in de eerste plaats veel problemen voor uzelf - zowel geestelijk als lichamelijk - maar veel andere mensen kunnen hierdoor besmet raken. Velen kunnen deze infectie oplopen, omdat iemand met bitterheid in zijn hart, anderen hierover zal vertellen. Het is net een persoon die waterpokken heeft en hiermee rondloopt waardoor hij anderen besmet. Of iemand die tbc heeft en het aan anderen overdraagt. Of iemand die de griep heeft en er anderen mee besmet. Het is heel eenvoudig om deze ziektes aan anderen door te geven. Ze zijn erg besmettelijk. Overal in de wereld vindt u mensen die verbitterd zijn. U zult merken dat het christendom er vol mee zit. Wanneer iemand bij u komt met een compliment over iemand anders, wat heeft dan degene die hierover kwaadspreekt in zijn hart? Hij heeft bitterheid in zijn hart ten opzichte van deze persoon.
Wat ik tegen u wil zeggen beste vrienden is dat, wanneer u uzelf wilt beschermen tegen dit soort infecties, u erg voorzichtig moet zijn in het luisteren naar wat anderen zeggen. Zou u het fijn vinden wanneer u aids krijgt van iemand anders? Let maar eens op hoe voorzichtig u hiermee om gaat. Ik kan u zeggen dat dit veel erger is. Het kan u grotere schade toebrengen dan aids. Zou u iemand omarmen die lepra heeft? Bitterheid is veel erger. Waarom verwelkomt en omarmt u een kwaadspreker in uw huis, een roddelaar? De Bijbel spreekt in 1 Timotheüs 5 over een vrouw die van deur naar deur gaat om kwaad te spreken, te roddelen. In de gemeentes vindt men veel van dit soort vrouwen. Ik aarzel niet om te zeggen dat deze vrouwen stuk voor stuk een handlanger van satan zijn. U verwelkomt ze niet alleen, maar geeft hen een kop koffie of thee en een koekje of taart erbij, u zit erbij en luistert naar datgene wat satan via hen wil vertellen en u er daardoor mee besmet. Hierna gaat zij met haar verhaal naar het volgende huis en u gaat ook naar iemand anders haar huis met dit verhaal wat u van iemand anders gehoord hebt. Satan vermeerdert op die wijze iedere dag zijn handlangers met honderden. Gelovigen doen op deze wijze het werk voor hem in de gemeente.
Satan wordt de aanklager van de broeders genoemd ( Openbaring 12:10). Degene naar wie u luistert, hij/zij die bij u thuis komt, is een aanklager van de broeders. Hoe zit het met u? Bent u een aanklager van de gelovige broeders? Het gaat er niet om of dat wat u zegt goed of fout is. De Bijbel zegt in Openbaring 12:10 dat satan de broeders aanklaagt bij God. Satan kan ons mensen veel, heel veel leugens vertellen. Hij is een leugenaar, maar hij zal het niet wagen om een leugen te vertellen aan God. Wanneer satan u aanklaagt bij God, waarover denkt u dat hij u aanklaagt? Denkt u dat hij iets verzint wat u nog nooit gedaan heeft en God hiermee probeert te overbluffen? Nee, zo dom is satan niet. Wat hij God zal vertellen zijn de dingen die u werkelijk eens verkeerd gedaan heeft. Hij houdt uw prettige leventje goed in de gaten en wanneer u iets verkeerd gedaan heeft, dan gaat hij er mee naar God en zegt: "Ziet U, dit is wat die persoon gedaan heeft". Dat is geen leugen, maar 100% de waarheid. En hij zegt hetzelfde over iemand anders: "Ziet u wat hij/zij gedaan heeft". Het is opnieuw 100% waar. Wij zien dus dat de beschuldigingen van satan bij God allemaal 100% waar zijn, geen 90%, maar 100%.
Hierdoor leren wij nog iets belangrijks, namelijk wanneer iemand bij u binnenkomt en u een verhaal wil vertellen, zelfs wanneer er geen sprake is van overdrijving en het 100% waar is, dan kan deze persoon nog steeds een aanklager van de broeders zijn. Hij is 100% in gemeenschap met satan, die de grootste aanklager is van de broeders. In het Bijbelvers staat dat satan dit dag en nacht doet. Hij is iemand die volcontinu aan het werk is, voltijd bezig met het aanklagen van de broeders. Hij heeft medewerkers op aarde nodig. Hij heeft een menigte aan medewerkers onder de ongelovigen, maar ook onder Gods kinderen; mensen die bitterheid in hun hart hebben tegenover iemand, het zijn mensen die iemand nog niet vergeven hebben, die een klacht hebben over iemand anders en die over deze persoon verhalen de ronde laten doen.
Dat is waarom de Bijbel in Colossenzen 3:13 zegt: " Als iemand iets tegen u heeft. Volg hierin het voorbeeld van Christus, Die u zonder meer vergeven heeft ". Iemand! Heeft u iets tegen iemand anders? Heeft iemand u iets verkeerds aangedaan? Vergeef hem of haar. Wanneer u niet vergeeft, dan wordt u heel gemakkelijk een medewerker van satan. U kunt wel denken dat u vergeven heeft, maar het feit dat u er met anderen over spreekt, in de zin van ach en wee en er voor zorgt dat degene aan wie u het vertelt medelijden met u krijgt, dan is dat een indicatie dat u deze persoon, diep in uw hart, helemaal niet vergeven heeft. Wie verwoest u hiermee? U kunt misschien denken dat u hiermee de reputatie van de persoon van wie u de geruchten verspreidt verwoest. Weet dan dat, wanneer deze persoon van God houdt en hij geheel en al voor God leeft, God er voor zorgt dat het kwaad wat u hem toewenst voor hem ten goede zal keren en hem zal zegenen. Degene wiens leven verwoest wordt bent u, dus, weg ermee!
Jezus bidt voor de kinderen, voor Zijn broeders en zusters die gefaald hebben. Satan klaagt hen aan. Aan u de keus of u gemeenschap wilt met Jezus en voor hen bidt, of wilt u gemeenschap hebben met satan door hen te beschuldigen en aan te klagen. Ik hoop dat u, in ieder geval vanaf vandaag, de juiste keus maakt