geschreven door :   categorieën :   Spirit Filled Life
WFTW Body: 

Een leider, die geestelijk is, doet al zijn werk naar Gods wil, door Gods kracht en tot Gods glorie. Daardoor gaat hij door de laatste vuurtest heen als goud, zilver en kostbaar gesteente (1 Korintiërs 3:12-15). In 2 Korintiërs 3:5-6 zegt Paulus dat wij nooit dienaren van het nieuwe verbond kunnen zijn, tenzij God ons hiervoor gereed en bekwaam maakt. Omdat een geestelijke leider dient met de bekwaamheden die God hem geeft kan hij zich nooit beroemen op eigen werk. Wanneer het werkelijk Gods leven is dat door ons heen stroomt en anderen zegent, dan kunnen wij nooit over ons zelf pochen, omdat wij ons niet iets kunnen toe-eigenen, wat wij niet zelf geproduceerd hebben. Laten wij als voorbeeld nemen dat iemand mij een cake brengt die iemand anders gebakken heeft. Ik deel hiervan plakken uit en iedereen vindt het heerlijk en zegt: “broeder Zac, dat was een heerlijk stuk cake”. Ik zou op geen enkele wijze ook maar enigszins verleid kunnen worden om trots te zijn, omdat ik de cake niet gebakken heb! Ik deelde alleen maar uit van iets wat een andere gemaakt had. Maar wanneer ik de cake zelf gebakken had, dan had ik trots kunnen zijn op het goede stuk werk gedaan had. Hoe kan ik dus trots zijn op iets wat ik niet zelf heb gemaakt.

Dit voorbeeld is een manier om te kunnen vaststellen of datgene dat wij aan anderen doorgeven, door onszelf geproduceerd is, of dat het van God afkomstig is. Zijn wij trots op onze bediening (de cake)? Zo ja, dan moeten wij de bediening zelf voortgebracht hebben! Dan had God hier niets mee van doen. Wanneer God er voor gezorgd heeft, dan is het onmogelijk dat wij er trots op kunnen zijn. Denkt u dat de discipelen van Jezus enige aanspraak hebben kunnen maken voor de broden en de vissen die aan de menigte werd uitgedeeld? Nee, zelfs de jongen die zijn lunchpakket aan Jezus gaf had hier geen recht toe. De discipelen deelden alleen datgene uit waar Jezus voor gezorgd had. Prijs de Heere dat wij alleen maar in de distributieafdeling werken en niet in de productie. Daarom kunnen wij altijd in perfecte rust zijn. De druk komt alleen wanneer wij in de productie zitten. Het is waar dat wij vermoeid kunnen raken in de distributie, maar er is geen druk. Onze bekwaamheden zijn van God. Wij zijn ons er van bewust dat wij uit onszelf niets kunnen produceren, dus proberen wij het niet eens.

Denk eraan dat alles wat wij uit onszelf doen, zonder de hulp van de Heilige Geest, menselijk (vleselijk) is en geen eeuwigheids waarde heeft. U kunt het woord verkondigen en zonder gebed en zonder de kracht van de Heilige Geest veel bereiken. U kunt veel menselijke mogelijkheden hebben waar u heel veel mee kunt bereiken, maar op een dag zult u ontdekken dat het, in Gods ogen, allemaal hout, hooi of stro geweest is.

Op een dag, toen Jezus de Farizeeën vermaand en gecorrigeerd had, kwamen Zijn discipelen bij Hem en zeiden:”Weet U wel dat toen de Farizeeën dit woord hoorden, zij er aanstoot aan namen?” Jezus zei daarop tegen hen dat zij zich daar geen zorgen over moesten maken, omdat de Farizeeërs blinde leiders zijn die de blinden leiden en “Elke plant die Mijn hemelse Vader niet geplant heeft, zal uitgetrokken worden” (Mattheüs 15:12-13). Elke keer wanneer u het woord verkondigt, dan zaait u zaad wat tot een plant opgroeit. Wanneer dat wat u zaait niet van God afkomstig is, dan wordt de plant die hier uit voortgekomen is, op zekere dag weer uitgetrokken. Ons werk wordt een werk met eeuwigheids waarde wanneer wij zaaien met de bekwaamheden die wij krijgen door de Heilige Geest. Wanneer wij echter ons werk voor God doen zonder gebed, zonder te leunen op God, in een hulpeloze afhankelijkheid van Hem en zonder de hulp van Zijn Geest, dan zal alle opbrengst van wat wij gezaaid hebben, op een dag beslist uitgetrokken worden.

Er zijn binnen het christelijke werk verschillende aspecten waarbij wij de kracht van de Heilige Geest niet echt nodig hebben, maar wel veel geld en een goed organisatorisch vermogen. Wanneer u bijvoorbeeld een christelijke conferentie moet organiseren, dan is daar veel werk mee gemoeid. Er moet een zaal gehuurd worden, uitnodigingen verstuurd, misschien moet voor accommodatie voor overnachtingen worden gezorgd, maaltijden moet voorbereid worden, enzovoorts. Dit alles kan door een goede organisator geregeld worden, zelfs wanneer hij geen christen is. In feite worden de meeste wereldse conferenties beter georganiseerd dan christelijke conferenties. Maar het gedeelte van een christelijke conferentie wat voor eeuwig blijft, is de bediening van het Woord – dat gedeelte moet gedaan worden onder de zalving van de Heilige Geest!

Ik wil de noodzaak van het maken van goede regelingen beslist niet onderwaarderen. Zij zijn van groot belang bij elke conferentie, maar herinnert u er zich aan dat, alleen datgene wat gedaan wordt in de kracht van de Heilige Geest, eeuwigheids waarde heeft. Laten wij dat toepassen op onze eigen bediening. Laten wij onszelf afvragen welk deel van ons werk uitgelegd kan worden als het resultaat van menselijke training en menselijke bronnen. Wij zullen verrast zijn door het antwoord, wanneer wij eerlijk tegenover ons zelf zijn.

Jezus Christus is gisteren, vandaag en voor altijd dezelfde. Het conflict wat Hij, ook tegenwoordig nog, heeft met Bijbelschool leraren en missie leiders, die kennis hebben zonder “leven”, is dat zij informatie doorgeven zonder de zalving van de Heilige Geest. De apostelen hadden, in hun tijd, een probleem met zulke mensen en wij zullen ook problemen hebben met zulke mensen, wanneer wij wandelen in de voetsporen van Jezus.

Ik wandel liever met de Heere en een probleem hebben met zulke mensen, dan dat ik bij hen geliefd ben maar ongehoorzaam aan de Heere. In feite ben ik er op voorbereid om in conflict te zijn met de hele wereld, wanneer dat nodig mocht zijn; wanneer dat de prijs is die ik moet betalen om God te dienen. “Als ik immers nog mensen behaagde, zou ik geen dienstknecht van Christus zijn” (Galaten 1:10). Laten wij daarom, in onze bediening, in hulpeloze afhankelijkheid van God, wandelen door altijd te smachten naar de zalving van de Heilige Geest.