WFTW Body: 

In 1 Koningen 19: 19 – 21 lezen we over de roeping van Elisa door Elia. Elisa was met een span ossen hard aan het werk op het veld, toen hij door Elia geroepen werd.

Let er in de eerste plaats op dat God altijd mensen zoekt die hard aan het werk zijn en die trouw zijn in hun seculiere beroep of werk. Mozes hoedde trouw de schapen van zijn schoonvader toen God hem riep. David hoedde schapen en vocht tegen leeuwen en beren. Amos was een hardwerkende veehoeder. Petrus, Jacobus, Johannes en Andreas waren hardwerkende vissers. Mattheus zat aan tafel zijn boekhouding te doen. We zien nergens in het Oude Testament of in het Nieuwe Testament dat God luie mensen roept om in Zijn dienst te komen.

We lezen ook niet dat Elia naar het huis van Elisa ging terwijl hij in diepe slaap was om hem daar te roepen – want dan zouden we kunnen denken dat hij een luie man was. Jezus ging ook niet ’s avonds naar het huis van Petrus om hem daar te roepen. Hij riep hem, terwijl hij aan het vissen was. Al deze voorbeelden laten ons zien dat God wil dat we trouw zijn en hard werken in onze seculiere werkzaamheden, voordat Hij ons kan roepen om Hem te dienen. Als je niet trouw bent in de aardse zaken, hoe kun je dan trouw zijn in de hemelse zaken? Als je nog jong bent en thuis woont, wees dan een trouwe zoon of dochter in huis.

Let er in de tweede plaats op dat al deze mensen alles uit handen lieten vallen waar ze mee bezig waren, om meteen op weg te gaan vanaf het moment dat God hen riep. We zien dat bij Petrus, Johannes en Mattheus en ook hier bij Elisa. God roept diegene die meteen en met het hele hart op Zijn roep reageert. Ze zoeken wellicht bij geest vervulde mensen naar bevestiging van Gods roep op hun leven, om zich op die manier te verzekeren dat ze niet reageren vanuit hun eigen emoties. Maar vanaf het moment dat ze zekerheid hebben ontvangen, handelen ze direct. God kan enkel zulke mensen gebruiken om Hem te dienen, omdat Zijn dienst zulke directe gehoorzaamheid vereist. Totale toewijding en hard werken.

God beproefd ons in onze seculiere werk om te zien of we trouw zijn. Als jou gevraagd wordt om een kamer schoon te maken en je bent niet zorgvuldig in de manier waarop je dat doet of heel slordig, dan vraag ik me af of God je ooit zal roepen om Hem te dienen. Want als dat de manier is waarop je een kamer schoon maakt dan is dat wellicht ook de manier waarop jij je hart schoonmaakt. Hoe kan God dan aan jou vragen om Zijn gemeente op te ruimen? Het is trouw in de kleine dingen waar God naar zoekt.