1. Houdingen van Jezus met betrekking tot verschillende geestelijke taken (bedieningen)
In
Lukas 9:49-50
leert Jezus ons wat wij moeten doen wanneer wij denken dat iemand een
geestelijke taak uitvoert die totaal anders is dan wij dat kennen.
Johannes, een van de leerlingen, zei: “Meester, wij hebben iemand
gezien die uw naam gebruikte om boze geesten te verjagen. Wij hebben
het hem verboden. Hij hoort immers niet bij ons?” Jezus antwoordde:
“Dat hadden jullie niet mogen doen. Want wie niet tegen jullie is, is
vóór jullie
”. Veel christenen zijn zo ingenomen met hun eigen wijze van het uitvoeren
van hun geestelijke taak (bediening) dat zij ervan uitgaan dat
iedereen het op dezelfde wijze moet doen. “
Als het lichaam alleen maar oog was, hoe zou het dan moeten horen? Als
het lichaam een en al gehoor was, hoe zou het dan moeten ruiken”?
(
1 Corinthiërs 12:17
). Een volwassen christen realiseert zich dat God verschillende
(geestelijke) taken heeft gegeven aan verschillende mensen. Wanneer iemand
wil evangeliseren en iemand anders sociaal werker wil zijn, laat iedereen
dan zijn eigen taak uitvoeren. Beiden kunnen hierbij iets van Jezus laten
zien. Laten wij daarom een ander niet bekritiseren. Er is een
verscheidenheid in Gods schepping. God heeft niet iedere bloem met dezelfde
kleur, vorm en grootte gemaakt. Ook de regenboog heeft een grote
hoeveelheid aan kleuren. Zo is het ook met het Lichaam van Christus.
Bekrompen mensen zien echter niets anders dan hun eigen taakgebied. Hier is
een advies voor zulke mensen: “
Dank God voor iedere geestelijke taak en houdt uzelf alleen bezig
binnen uw eigen taakgebied (bediening)
”.
2. De houding van Jezus ten opzichte van zondaars
In
Johannes 8:1-12
kunnen wij lezen over de gebeurtenis van de vrouw die op overspel betrapt
werd en die de farizeeërs wilden stenigen. Er zijn tegenwoordig veel
farizeeërs die de zakken altijd vol hebben met stenen om naar anderen te
gooien. Veel predikers gooien stenen wanneer zij preken. Jezus gebruikte
nooit een steen om naar iemand te gooien. Hij had altijd compassie voor
mensen die zondigden. Wij zien Jezus in de evangeliën nooit kritiek leveren
op moordenaars, dieven en overspelers, maar wij zien wel dat Hij farizeeërs
en hypocriete religieuze mensen in de synagoge tot de hel veroordeeld. Maar
de vrouw die was betrapt op overspel veroordeeld Hij niet maar zegt: ”Ik veroordeel jou niet. Zondig niet meer”! (
Johannes 8:11
). In deze twee zinnen zit het hele evangelie verborgen, namelijk
rechtvaardiging en redding. Jezus had tegen de farizeeërs gezegd: “ Laat hij die zelf nooit zondigt, de eerste steen maar gooien”! (
Johannes 8:7
). Dus wanneer u ooit in de verleiding komt om een steen naar iemand anders
te gooien, herinner uzelf dan aan twee dingen:1. De put waar God u uit getrokken heeft; 2. de zonde die vandaag in uzelf (vlees) aanwezig is.
Daarna zult u niet meer in staat zijn om nog maar één steen naar iemand
anders te gooien.
3. De houding van Jezus ten opzichte van de Schriften (Bijbel)
Lukas 2:47-52 vertelt over de gebeurtenis dat Jezus naar Jeruzalem reisde en dat Jozef en Maria Hem achterlieten in de tempel. Op 12-jarige leeftijd kende jezus de Schriften beter dan alle studenten in Israël. Zij stonden versteld van Zijn uitleg van de Schrift. Jezus had thuis geen Bijbel zoals wij dat kennen. In die tijd waren er nog geen bijbels en was het erg duur om een handgeschreven boekrol van het Oude Testament aan te schaffen. Er was niemand die er thuis een bezat. Hoe kende Jezus op 12-jarige leeftijd de Schriften dan zo goed? Wanneer er in de synagoge uit een boekrol werd voorgelezen dan luisterde Hij erg goed. Tegenwoordig hebben wij de gedrukte Bijbel thuis en velen van ons hebben verschillende versies van de Bijbel in bezit. Toch weten zo weinig mensen iets van wat er in de Bijbel staat. U kunt het Lichaam van Christus niet opbouwen wanneer u Gods Woord niet bestudeert. Zelfs Jezus had het nodig om vanaf Zijn jeugd de Schriften te bestuderen om Zijn Vader te kunnen dienen. Wanneer u te lui bent om de Bijbel te bestuderen, dan ben ik er van overtuigd dat God u nooit in Zijn dienst zal gebruiken. Wanneer u echter ijverig de Bijbel bestudeert en ernaar op zoek bent om vervuld te worden met de Heilige Geest, dan zal God u op een geweldige wijze inzetten. Dus maak er de gewoonte van om vanaf de eerste dag dat u bekeerd bent, te mediteren over Gods Woord, zodat u Gods gedachten en Gods wegen kunt kennen.